Er was eens een hert dat net als elke ochtend, aan het beekje in het bos stond te drinken. Maar dit keer hief hij zijn hoofd halverwege en keek eens om zich heen. Daar stonden de andere herten die aan het drinken waren, net als elke ochtend. Hij kende ze allemaal en wist precies waar ze op hun vaste plekken stonden en dat zo het oudste hert het sein zou geven om te vertrekken. Ineens besefte hij dat hij ‘net als elke ochtend’ saai en niet meer zo leuk vond. Eigenlijk had hij wel zin om een rondje door het bos te huppelen. Nu, op dit moment.
Maar zodra hij van de groep wegliep om zijn dansje te doen, hieven de andere herten hun hoofd en zeiden: ‘Hé, wat doe je nou, kom terug.’ Het hert antwoordde: ‘Ik heb zin om rond te huppelen, ik ga een rondje maken door het bos.’ De andere herten schudden hun hoofd: ‘Nee dat kan niet. Je hoort hier bij ons te staan aan de beek. Net als iedere ochtend. En hierna gaan we samen eten zoeken, zo doen wij dat’ Het hert dacht aan al die keren dat hij dat zo met de andere herten gedaan had en voelde tegelijkertijd hoe hij het vandaag anders wilde doen. ‘Ik wil huppelen. Daar wordt mijn hart nu blij van,’ zei hij. ‘Maar dat kan niet’, zeiden de anderen, ‘Jij staat altijd daar, op dat plekje bij de beek. Zo kennen wij jou, dat jij daar staat. En dat jij dan één van de voorste herten bent als we eten gaan zoeken. Zo gaat dat.’
‘Vandaag gaat het anders,’ zei het hert, ‘ik ben straks weer terug’ en hij huppelde weg.
‘Hoho, wacht eens even,’ zei nu een stem die van boven leek te komen tegen het hert. ‘Ik ben de schrijver en jij zit in mijn fabel. Jij hoort te doen wat ik schrijf. Ik schrijf een verhaal over een groep herten in het bos die in harmonie leven en daardoor samen een hyena gaan verslaan, die ik zo het verhaal in ga schrijven.’ Het hert hield even stil: ‘Uw fabel? Maar ik wil helemaal niet in uw fabel…
‘Jawel, zo heb ik het bedacht’, zei de schrijver. ‘Je schopt alles in de war als je wegloopt. Jij bent het hert dat net als elke ochtend aan het beekje in het bos staat te drinken.’
‘Maar dat ben ik niet meer. Ik wil niet meer ‘net als elke ochtend’,’ zei het hert. ‘Ik wil huppelen door het bos.’
En zo geschiedde. Het hert huppelde zo de fabel uit en toen……